“Alle windmolens staan stil!” Aan het strand van Egmond kijkt een man met een verrekijker de zee op. De zeemolens bewegen niet, al weken niet, misschien zelfs al maanden niet. Aan mij de vraag, de toekomstige onderzoekswandelaar van Y naar T, of ik dit onderweg niet zou kunnen uitzoeken. Waarom staan de molens stil.
“Alle propellers gaan kapot.” Volgens de strand-man het antwoord van de marine-mannen die ook stellen dat “wanneer je iets ziet bewegen, moet je salueren; wanneer je iets niet ziet bewegen, moet je het schilderen.” Onderhoud is het probleem. Molens hebben wind nodig om de wieken in gang te zetten, maar permanent onderhoud om te blijven draaien – om reparatie te voorkomen.
Ik ben nog thuis, dus vraag het eerst maar eens aan google – dat toevallig ook in windmolens investeert. De eerste pagina aan zoekresultaten voorspelt een veelzijdig verhaal.
- Windmolens staan nooit geheel stil, want het waait altijd.
- Windmolens staan stil als er geen overheidssteun is.
- Windmolens staan stil bij een storing.
- Windmolens staan stil bij windkracht 10 en hoger.
- Windmolens staan stil bij windkracht 2 en lager.
- Windmolens staan stil wanneer langdurige wind het energienet overbelast.
- Windmolens staan stil om vogels te ontzien.
- Windmolens staan stil om slagschaduw te beperken bij laagstaande zon.
- Windmolens staan stil vanwege onderhoud of inspectie.
Punt 9 is het antwoord van de marine-mannen aan de strand-man, maar in de zoekresultaten staat deze steevast achteraan. Dat vraagt inderdaad om een kleine uitzoek-actie.
Maar eerst even over puntje 7. Het stilzetten van een zeemolenpark voor vogels ‘kost’ maar liefst 15.000 euro per maand. Net als vliegtuigen zijn molenparken vogel-maaiers. Toevallig ligt het molenpark waar dit over gaat langs het begin van mijn route in Zeeland, en toevallig is het een molenpark waar men experimenteert met de delicate balans tussen ‘economie’ en ‘bijkomende schade’, zoals dode vogels. Men wil dat deze zeemolens zo min mogelijk stil staan, maar ook dat de zee-arend en andere hoogvliegende vogels beschermd worden.
De oplossing is tweevoudig: de molens worden stilgezet door een camera als een vogel te dichtbij komt, of door een microfoon als deze vleermuis-geluiden opvangt. Een systeem met afschrikkende geluidssignalen durft men nog niet aan, want er zijn immers ook vogels die gewoon rust aan hun kop willen – ook al kost het ze misschien juist die kop.
Het is ook een lastige vergelijking natuurlijk, al die doodgehakte vogels of 15.000 euro per maand. Deze 15.000 euro betreft overigens niet de daadwerkelijke stilzet-kosten, maar de doorberekende kosten van het gebruik van reserve-energie – dus het geld wat men mis loopt + de op te hoesten centen voor het in gebreke blijven.
Gezien punten 2-6 en 8-9 worden de molens om wel meer redenen stilgezet, wat dus ook geld ‘kost’; het uitzetten van molens voor langere tijd lijkt dan een handige oplossing wanneer er meerdere punten tegelijk spelen. De Noren hebben overigens een wat handigere oplossing gevonden: gewoon de wieken zwart verven, dat scheelt in ieder geval al puntje 7.
Een windmolen kan 20 jaar oud worden. Een zee-arend kan toevallig ook 20 tot 30 jaar oud worden. Het schijnen hele sociale dieren te zijn die geen territorium-drang hebben. In Nederland hebben we maar een paar broedparen. In 2018 is het eerste Zeeuwse zeearendje geboren, en deze is flink beschermd. Niet zozeer omdat de vader een paar jaar eerder ternauwernood een vergiftiging overleefde, maar omdat zeearenden niet van onrust houden.
Zeearenden houden eigenlijk ook niet zo van zee, alleen van de kust – en vooral van waterrijke binnengebieden en rustige heide-bos omgevingen. Als ze vliegen, maken ze glijvluchten tot wel 90 km. per uur; als ze naar prooi zoeken vliegen ze horizontaal op de hoogte van de turbines.
De gevolgde vlucht van een geringde zwervende jonge zeearend laat zien dat deze omhoog schiet vlak voor een molenpark, over de turbines in plaats van eronderdoor – wat de meeste vogels zouden doen. Zouden ze eraan wennen, aan die flappende wieken? Of toch eieren voor hun geld kiezen en hun woongebied verplaatsen?
Op zee speelt punt 7 ook, maar hier denkt men uitsluitend in populaties, niet in schattige broedpaartjes. Het is echter onduidelijk wat gevaarlijker is voor een vliegende vogelzwerm boven zee: de zeemolen, of visserijbijvangst, olievervuiling en klimaatverandering ‘in het algemeen’. De animo om een zeemolen uit te zetten voor een vogelzwerm, laat staan vogel, is dan vast niet zo groot.
Misschien hebben punten 4 t/m 6 meer invloed, waar het eigenlijk om gaat: wind. Het zeemolenpark van Egmond, dat van de strand-man, is met 23 jaar de oudste binnen het soort voor de Nederlandse kust. Het is indertijd gestart door twee grote fossiele bedrijven als een experiment in offshore windenergie; met vele rapporten met jarenlange metingen op allerlei zaken als resultaat.
‘Wind’ valt onder het kopje ‘technologie’, ‘vogels’ onder ‘ecologie’. Het eerste als neutraal element in een productie-proces, het tweede als een potentieel slachtoffer van die wind. Hoe het met de wind zit, is echter onduidelijk; de rapporten betreffen vooral metingen. In die over de vogelzwermen staan wel conclusies.
Zo hebben vogelzwermen de neiging zeemolenparken te vermijden, en de mate waarin hangt af van de vogelsoort. Zee-eenden zijn de grootste vermijders, aalscholvers daarentegen zijn dol op de molens: ze kunnen even uitrusten op de paal of gemakkelijk een visje opduiken. Ze vliegen echter ook vaak in de wieken, net als meeuwen en zangvogels; het bekende aantal gehakte vogels komt daarmee op gemiddeld 1340 per jaar.
Dit aantal is echter een laag ‘botsingsrisico’, gezien de 1.8 miljoen getelde vogels die gemiddeld per jaar over het park zouden hebben gevlogen. Het advies is dan ook dat de bouw van nog 10 van dit soort zeemolenparken geen invloed heeft op vogel-populaties. Het risico op gehakte vogels is verwaarloosbaar, want het zijn er niet zoveel op het totaal: het zijn hapjes uit zwermen, geen broedpaartjes. Tot kopzorgen en stille zeemolens leidt het in ieder geval niet.
Waarom staan de zeemolens dan stil? De woordvoerder van het zeemolenpark werpt gelukkig licht op de zaak: punt 9 is inderdaad het geval, “Windturbines zetten zichzelf automatisch in een ‘onderhoudsstand’ wanneer er onderhoud nodig is.” Dit is vanaf oktober 2019 begonnen, een voor een zetten ze zichzelf uit, wachtend op een monteur of op de sloop-verkoop – want de molens wachten natuurlijk op reparaties, niet op onderhoud.
De windmolens worden dus niet uitgezet, ze zetten zichzelf stil. Niet zoals in Zeeland door een vogel-camera of vleermuis-microfoon, maar door een kapot onderdeel. Weinig prozaïsch, ongeschikt voor voor de meningen-machine van google, maar het kost de vogels in ieder geval even niets.
EEN JONG ZEEARENDJE
FOTO: PEPIJN CALLE
Update december 2020 De strand-man bericht dat de windmolens van Egmond weer een voor een zijn aangezet.
Misschien ook nog interessant Stroomslurper Amazon koopt halve opbrengst van nieuw windpark van Shell en Eneco (2021) Nederlandse zeearend sterft in duits windpark (2021) Fact check kosten windmolens (2016) Windmolens afgebroken en verkocht (2016).